Chillen op de Ssese Islands - Reisverslag uit Kampala, Oeganda van Floor Verbeek - WaarBenJij.nu Chillen op de Ssese Islands - Reisverslag uit Kampala, Oeganda van Floor Verbeek - WaarBenJij.nu

Chillen op de Ssese Islands

Door: Floor

Blijf op de hoogte en volg Floor

15 April 2007 | Oeganda, Kampala

Ja lieve mensen, tijdens de paasdagen was ik dan toch ECHT lost en in de village; de village Kalangala op de Ssese Islands (in het Victoriameer) wel te verstaan. Uiteraard was ik niet alleen: mijn persoonlijke aangename gezelschap bestond uit Mo, Jiske en ICA-rot Esther, die helemaal uit Arusha in Tanzania was gekomen voor deze speciale reünie (en om haar visum te verlengen), en daarnaast was er nog een ontelbaar aantal Ugandezen dat ook van rust, kamperen en een mooi ondergaand zonnetje houdt.

Gelukkig is er sinds een jaar ofzo een redelijke verbinding naar Buggala Island per boot vanuit Entebbe, en Entebbe is in slechts drie kwartier in een rammelend taxibusje vanuit Kampala te bereiken, dus dat viel mee. Vooral voor Esther, die de dag ervoor al 18 uur in een eveneens gammele en vrieskistkoude bus had doorgebracht.

De organisatie rondom de overtocht was een geheel nieuwe Afrikaanse ervaring. Er is maar één boot per dag die om twee uur ’s middags vertrekt, de trip duurt een uur of drie en er kunnen 120 mensen en acht auto’s mee. Maar natuurlijk wil heel Kampala met Pasen naar de village, en dat zijn altijd nog meer dan 120 mensen en acht auto’s. Het principe van tevoren kaartjes verkopen kennen ze niet, en toen de boot tegen enen vol was, zijn we dus gewoon vertrokken, met achterlating van vele mensen waaronder ene David (die bij ons in het busje uit Kampala zat en ons nog zo aardig de weg had gewezen en een taxi met ons had gedeeld), omdat ‘ie nog even een vriend in de buurt was gaan bezoeken aangezien de boot toch pas om twee uur zou vertrekken…

Drie uur op een overvolle boot zonder plekje om te zitten en in de brandende zon is best een inspanning, maar volgens de Afrikaanse boeddhistische monnik waarmee we aan de praat raakten moesten we dit allemaal zien als moment van meditatie, en aangezien het gesprek boeiend genoeg was, vloog de tijd inderdaad voorbij. Erg wonderlijk om te praten met de eerste Afrikaanse boeddhist, uiteraard traditioneel gekleed, die bovendien op een aantal plaatsen in de wereld is geweest die ik zelf ook heb bezocht: Bolivia, Tibet, mini Tibetaans museumpje op Staten Island in New York, India… En dan te bedenken dat hij voordat hij monnik werd duikinstructeur is geweest in alle mooie wateren van de wereld!

Eenmaal in Kalangala brak het echte weekend van rust dan aan: relaxed huisje, drankje aan het strand, uitgebreid ontbijt, verplicht boek lezen vanwege een enorme regenbui, avondjes aan het kampvuur, wandelingetje het dorpje op de heuvel in… Maar helaas niet zwemmen vanwege de bilharzia, beestjes die eitjes leggen onder je huid waar wormpjes uit komen... Leuk ook om te zien dat dit ook de manier is waarop Ugandezen met een beetje geld hun vakantie doorbrengen: voetballende mannen in pak, volleyballende vrouwen in sari’s, kamperende tieners. Heel normaal eigenlijk, maar op de een of andere manier vond ik het toch vreemd, omdat je in Zuid-Afrika nooit Afrikanen zag kamperen en Zuid-Afrika toch een beetje mijn beeld van Afrika heeft gevormd.

Verbazingwekkend was het weer om te zien hoe Ugandese ondernemers niet weten hoe ze de zaken moeten aanpakken: als de buren een supermarkt beginnen en die loopt goed, gaan ze er zelf ook een beginnen. Dus als je buren een ‘resort’ (daarbij denk ik toch meer aan Club Med dan aan de campings aan het Victoriameer, maar toch) beginnen met een dinerbuffet van matoke, gnuts, rijst, aardappels, rundvlees, geit en vis, dan ga je dat zelf natuurlijk ook doen. Met als gevolg dat je elke avond de keuze hebt uit een keer of zeven het zelfde buffet met genoemde kost in plaats van bijvoorbeeld een bord pasta. Gelukkig toch nog een tent gevonden waar je heerlijk en bijna voor niets onder een palmboom op het strand gegrilde tilapia kon eten. Een erg fijn moment!! En de sterrenhemel met duizenden sterren, een concertje van xylofoonspelende (zo leek het) en kwakende kikkers met af en toe een voorbij vliegend vuurvliegje aan de oever van het meer was heel prettig vergeleken met de drukte en uitlaatgassen van Kampala.

Je zou bijna overwegen er te blijven, maar ja de plicht riep. Dus op maandag met de boot terug. En ook deze dag waren er een man of 200 en vijftien auto’s die mee moesten op de enige trip, die gepland stond voor acht uur ’s ochtends. Gewaarschuwd door een mannetje van de boot dat we toch echt zeker op tijd moesten zijn, want de boot kon wel weer eens vroeger dan gepland vertrekken, hadden we de avond van tevoren betaald en een take-away ontbijt besteld (dat uiteraard niet klaar was). Gelukkig was de zwijmelmuziek die om twee voor vier begon niet te missen (maar waarom starten ze in plaats daarvan een uur later niet met wat flinke rock?) en stonden we braaf om zes uur klaar voor vertrek. Samen met de rest van het eiland. Alleen gebeurde er bar weinig. Want de mensen zonder auto wilden eerst op de boot, en deden dus geen stap opzij voor de auto’s die volgens het boekje (en Westerse logica, maar die geldt hier natuurlijk niet) eerst de boot op moesten. Een klein uur van niks doen brak aan. De kapitein wist zich met de situatie geen raad, dus sloot zichzelf maar op in het kleinste hokje van de ‘Kalangala’. Uiteindelijk besloot de dappere mzungu die als eerste met zijn landrover de boot op moest (toch wel redelijk gespannen door de mensenmenigte om zich heen) zijn auto in de achteruit te gooien in de hoop dat de groep zou wijken. In plaats daarvan brak de pleuris uit en rende iedereen als een gek aan boord. Maar uiteindelijk kwam alles min of meer op z’n pootjes terecht en vertrokken we om zeven uur dan echt. Gelukkig was de kapitein inmiddels uit zijn schuilplaats gekomen en achter het roer gekropen. Hij waarschuwde nog even vooral niet te veel te bewegen als we zouden aanleggen, want dan kon de boot wel eens kapseizen. Dit laatste is gelukkig niet gebeurd en zijn we helemaal heel in Entebbe en later Kampala aangekomen. Je zou haast behoefte krijgen aan een weekendje weg na deze enerverende gebeurtenissen…

  • 15 April 2007 - 15:37

    Jis:

    Lieve Floor, ik had het niet beter kunnen zeggen! Ik mail je onze nieuwe vriend even door voor de broodnodige meditaties! Zoen! Jis

  • 16 April 2007 - 15:04

    Brotha:

    Ja ja, dus daar gaan de zuurverdiende giften heen! Volgende keer ga ik, geheel gefinancierd uiteraard, mee! (ik ben namelijk ook heel goed in drankjes drinken aan het strand, boekjes lezen en uitgebreid ontbijten)

  • 22 April 2007 - 20:13

    Jenny:

    Een kleine vakantie had je wel verdiend hoor! Groetjes...

  • 25 April 2007 - 08:21

    Marleen:

    Hee Floor,

    Dat klinkt weer goed alemaal! leuk om jullie met zn vieren op de foto te zien, roept echt zo'n ICA gevoel bij me op, zou er graag bij zijn!
    We hebben ons ticket geboekt en komen 22 november die kant op! Duurt nog erg lang, helemaal als ik je verhalen lees, dan wil ik daar ook zijn! ben je er dan nog, of is het zeker dat je dan alweer naar NL bent? Ik ga je een deze dagen een lange mail sturen want heb weer veel vragen aan je. Groeten aan Jiske, Maureen en Esther en een hele goede tijd in Kampala weer!

    Veel liefs van Marleen

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Floor

Momenteel werk ik in Uganda, in Banda, een van de sloppenwijken van Kampala. Hierbij word ik ondersteund door Stichting Kidogo (http://www.kidogo.org). Als je contact wilt opnemen: Postbus: Floor Verbeek P.O. Box 36330 Kampala Uganda Telefoon: +256 77 43 68 971 Houd deze pagina in de gaten en je weet alles!

Actief sinds 27 Juni 2006
Verslag gelezen: 330
Totaal aantal bezoekers 170883

Voorgaande reizen:

29 Oktober 2006 - 30 Oktober 2006

Mijn eerste reis

Landen bezocht: